Oplossing crypto nr. 29

A. Hoog genoteerd in de top 10: het paard dat vrijgezel is. (9) hitsingle
B. Met de complimenten van meneer de Haan. (8) pluimvee
C. Op deze kaart zien we waar het laagveen ligt. (11) plattegrond
D. Met dit soort hardware heb je al snel ruzie! (7) relmuis
E. Het beest van de KNMI. (8) weerwolf
F. Dit is een geldige tijd. (9) kroonjaar
G. Voorgoed in de golven? (9) permanent
H. Dodelijk finishen. (7) afmaken
I. Hij is zeker succesvol in de miniplaybackshow? (9) dwergster
J. In die organen zit teveel spanning. (10) stressoren
K. Onderdeel van een grapjas. (7) lachzak
L. Frans Hals? Nee, een klungelige schilder! (7) kalkoen
M. Die gaat er op na een sterilisatie. (10) kinderslot
N. Hard en prikkelbaar typje. (10) rotscactus
O. Somber, zo’n kinderdagverblijf vol gezonde baby’s. (7) bewolkt
P. Deze Europeaan voelt zich teveel. (9) overschot
Q. Ploegendienst in december. (8) nachtmis

Oplossing crypto nr. 28

A. Het is gemeen om hier mee te knipperen. (5.7) valse wimpers
B. Muiltje? (12) leeuwenbekje
C. Geen kunst voor die lui. (11) echtelieden
D. De tas van John en Linda. (8) molshoop
E. Dus van een koe in het riet moet ik opgewonden raken? (7) erotiek
F. Dit is wat teveel om heet water op te zetten! (7) vuurzee
G. Dieren is een vrolijke plaats. (7) blydorp
H. Het vel van iemand die met vuurwerk knoeit. (9) rundleder
I. Jachtmateriaal van bergindianen. (9) lawinepyl
J. Als voorbeeld nemen we de Lakenvelder of de Blaarkop. (11) poldermodel
K. De tank wordt er niet voller op. (13) legervoertuig
L. Dat wordt snel pittig om u bij te laten komen. (8) vlugzout
M. Een modieuze heilige maagd Maria? (11) wonderwoman
N. Klassiek dansje dat volledig de mist ingaat. (12) soepballetje
O. Een belangrijke bestelling bij de slager. (8) hamvraag
P. Die stommelt naar d’r nicht voor het warme eten. (8)stamppot
Q. Als je niet voor de boomkwekerij bent, moet je je verzetten. (14) tegenspartelen

Oplossing crypto nr. 27

1. Gemiddeld wordt hij ingeschaald op 5 a 6. (7) richter
2. Piano an! Bij deze cursus wordt niet geijld. (10) onthaasten
3. Ik reken op dit zogenaamde beddengoed. (10) tafellaken
4. Door elkaar genomen word ik doornat van die storm. (7) tornado
5. Ondanks de slee voor ma is ze niet rijk. (5) armoe
6. Stiekem heel zachtjes een letter voorzeggen. (11) afluisteren
7. Plat gezegd een doorlichting van een woning. (10) flatscreen
8. Webregisseur in een kleurig pak. (9) spiderman
9. Die sabbelt goed! (10) stofzuiger
10. Roestplek?(10) rustplaats
11. Vet, zo’n kerk! (7) oliedom
12. De nationaliteit van ET. (11) buitenaards
13. Ik hengel naar een krokante smulpaap. (9) lekkerbei
14. Het in vuur en vlam zetten van een raat is pijnlijk. (17) bijholteontsteking
15. Doorzichtig document. (13) ruitjespapier
16. Kledingstuk voor een bergetappe. (7) coltrui
17. Schone was voor de muziek! (11) strijkorkest
18. Die kroelt met een ouwe sok. (7) vrijkous
19. Beestachtig mens. (6) ondier
20. Minidossier van een vogel. (10) kipfiletje
21. Indoor orkest? (10) binnenband
22. Blozend amfibie. (17) roodwangschildpad
23. Ik hoor dat die niet op het strand ligt. (9) oorschelp
24. De onderdanen van Bertha 1 en Bertha 2. (9) stalpoten
25. Dit is niet puur vee. (7) melkkoe
26. Het dikke boek houdt in potentie de boel overeind. (9) viagrapil
27. Het tempo van een zweverig type. (11) ballonvaart

Oplossing crypto nr. 26

A. Digitale opdracht om het dakraam te zemen? (6) laptop
B. Privé personeel in de ondergrondse. (9) mynwerker
C. Als bijvrouw is ze niet uniek. (8) werkster
D. Klussen in de smederij. (8) vuurwerk
E. De nummer 1 van de bladen? (8) kampioen
F. Kabaal uit de prehistorie. (7) oerknal
G. File voor de kassa? (8) drukkery
H. X.. keerpunt
I. Waterdrager op de fiets. (11) pedaalemmer
J. Als uitkeringstrekker sta je dan voor paal. (11) steunpilaar
K. Si, si, die zijn heet. (10) pepernoten
L. Het is saai op het bal. (10) droogkloot
M. Product van een muis met epilepsie? (10) piepschuim
N. Dit hoort bij een fruitig toetje. (13) appelwangetje
O. Verdrietige relatie. (9) bluesband
P. Vliegtuig voor het vervoer van pisangs. (11) sigarenkist
Q. Dit is geen eendagsvlieg. (8) weekdier
R. Werk aan de weg. (8) timmeren
S. Maak je niet dik als je over insecten leest. (12) wespentaille