A. Poets je cijfer op! (zei de kapitein) (8) zeemacht
B. Hoor je die puzzelaar Puck? (12) hockeyspeler
C. Hovenier die de coniferen snoeit. (6) topman
D. Eigenschap van jongeren die niet aan groepsvorming doen. (14) onsamenhangend
E. Edelman die met de vierdaagse meedoet. (9) loopgraaf
F. Dubbel rustig aan doen met veel bombarie. (6) tamtam
G. Milieuvriendelijk orgaan in bijvoorbeeld Utrecht. (3.6.4) het groene hart
H. Orkest dat a kapella zingt. (8) stemband
I. Periode voorafgaand aan een toer. (6) tijdrit
J. Kalm vaarwater. (6) zeelui
K. Waar een sukkel toe in staat is. (6) eiland
L. Ik lust uitschot rauw. (7) zintuig
M. Aangeleverd nagerecht. (7) toevoer
N. Hij bestudeert het DNA van een gedetineerde. (10) celbioloog
O. Gemaskerde tafeltennisser. (6) batman
No comments:
Post a Comment