A. De soldaten zijn in hun element. (14) legeronderdeel
B. Dit is geen vastgoed. (9)vloeistof
C. Het instrumentje gaat dicht voor een aantal van ons. (12)toestelletje
D. Nadat het geraden was stond hij in zijn luier. (10)ontsluierde
E. Is daar een stropdas van gemaakt? (8)stiktof
F. Schilderskleding (6)lakjas
G. De dorsvloer ligt tussen de kreeft en de maagd. (11) leeuwendeel
H. Ouder stuk vlees. (8)paashaas
I. Huidsmeer dat lekker zacht voelt. (6) velvet
J. Haal stoom als je dat ruimtespektakel wil zien. (9) krabnevel
K. Het speelse broertje van Herman den Blijker? (5.3)Peter Pan
L. Vlug, maar eenvoudig die gang. (13) lichtsnelheid
M. Door die creme blijf je niet aan de oppervlakte. (8)zinkzalf
N. De bewering van Ed de Goeij. (12)doelstelling
O. Gevangenis die goed voor je lijn is. (8)afvalbak
P. Ik hoor een vrije letter. (11)scharrelvee
Q. Hoekje waar krachttermen worden geuit. (11) verdommenis
R. Dit is iets heel anders dan een paasbrunch. (10) moederkoek
No comments:
Post a Comment